Transitie in Vorst : Repair Café in Ten Weyngaert

“Dat die dingen tegenwoordig snel stuk gaan. En ze nog wel iemand in de Schumanwijk kennen die schermen van smartphones vervangt. Het is immers zonde om zulke dingen weg te gooien.” Een toepasselijke insteek om het gesprek met Christine Stanczyk en Laurence Vander Poelen van Repair Café Vorst te beginnen.

 

Repair Café, wat is dat?

Laurence: Repair Cafés zijn bijeenkomsten, waar mensen uit de wijk elkaar helpen bij het herstellen van voorwerpen. Dit gaat van kleding tot elektrische apparaten, meubels en zelfs fietsen en computers. Bezoekers nemen van thuis kapotte spullen mee en gaan samen met de (vrijwillige) deskundigen, zoals elektriciens, naaisters, timmerlieden,… aan de slag. In het Repair Café is gereedschap en materiaal aanwezig om alle mogelijke herstellingen uit te voeren.

 

En dus ook in Vorst?

Christine: We zijn al meer dan een jaar bezig. Pauline was een stagiaire bij Ten Weyngaert. Zij heeft een aantal wijken in Vorst gecontacteerd. Ook de QuartierWielsWijk. Wij waren meteen enthousiast. Repair Café Vorst was geboren. Maar de voorbereidende vergaderingen, het zoeken van vrijwilligers, de promotie, het maken van de reclameaffiches, het bijeenzoeken van voldoende gereedschap, dat alles is volledig op het conto van Pauline te schrijven.

 

Laurence: Ik ben naar een reeds bestaand Repair Café gegaan, om te kijken hoe alles werkt. Die know how heb ik dan gebruikt om Repair Café Vorst gestalte te geven. Want er komt veel bij kijken: Hoe en welke dingen worden er gerepareerd? Wat wordt er verkocht om geld in het laatje te brengen? Welke materialen kopen we dan met dat geld? Ik ben daar 5 à 6 uur ter plaatse gebleven. Nu hebben we een stabiele ploeg. We zijn er elke tweede zondag van de maand, in Ten Weyngaert.

 

Hoe vinden jullie vrijwilligers?

Laurence. Er zijn een tiental vrijwilligers. De meesten komen uit Vorst. We vinden dat niet alleen belangrijk om het sociale weefsel te versterken, het is ook gewoon handig. Niet alle vrijwilligers zijn herstellers. Sommigen doen de bar, en anderen maken de taarten en verkopen die. We zoeken naar vrijwilligers via Duden, het gemeenteblad of affiches in de QuartierWielsWijk. Mond aan mond reclame werkt nog het beste. Het concept Repair Café begint ook bekend te worden. Zo wordt het makkelijker om reclame te maken. Nieuwe bewoners vragen zich soms af of er al een Repair Café in de wijk bestaat.

 

Wie zijn de vrijwilligers? Moeten we er ons Bob De Bouwer-achtige figuren bij voorstellen?

Christine: Vele vrijwilligers zijn gepensioneerd. En diegenen die werken doen dat zelden voltijds. Ze hebben dus tijd. Het is een sociaal werk. Voor een aantal van onze vrijwilligers is het een manier om zich gewaardeerd te voelen. Het is een manier om contact te hebben met andere mensen. Ook de bezoekers die spulletjes komen brengen om te herstellen, profiteren van de gelegenheid om iets te drinken, een babbeltje te slaan en ter plaatse wat te helpen.

 

Mijn koelkast maakt de laatste tijd nogal wat lawaai. Kan ik die eens binnengooien?

Christine: Het doel van het Repair Café is niet om te herstellen. Wil je enkel iets laten herstellen, zonder verdere verplichtingen, ga dan naar een professionele hersteller. Bij ons gaat het om kleinere zaken zoals sokken stoppen, kleine electrische huishoudtoestellen zoals broodroosters, stofzuigers, nachtlampjes,….

 

Laurence : We willen de “ambacht” doorgeven. Wij vragen aan de mensen om tegenover de hersteller te zitten. Zo leren mensen zelf hun dingen te herstellen. Wij zijn dus pedagogen. Mensen zijn dat niet altijd gewoon. Soms moeten we hen expliciet vragen om bij de herstellers te blijven. We overstijgen zo het consumentisme. Er is sprake van een uitwisseling: jij laat iets herstellen, maar dat is niet vrijblijvend. Ik leer hoe je het de volgende keer zelf kan doen. In die zin is het Repair Café niet gratis. Er wordt iets gevraagd. Namelijk betrokkenheid. Wij doen niet aan liefdadigheid.

 

Christine: We vragen aan de mensen om telkens maar één voorwerp mee te nemen. Anders moeten de andere mensen wachten. Het is niet logisch dat iemand met een volle zak voorwerpen alle anderen laat wachten.

 

Hoeveel bezoekers komen er op de koffie?

Christine: Momenteel is het aantal stabiel: tussen de 20 en de 25 mensen per zondag. De spulletjes kunnen niet altijd worden hersteld. Soms is het niet mogelijk om iets te repareren. Dan stellen we een diagnose op en sturen we de mensen door naar andere Repair Cafés die gespecialiseerd zijn in het te herstellen product. Zo is er in Brussel een specialist in printers. De wachtrijen kunnen soms lang zijn. Daarom een warme oproep naar nieuwe vrijwilligers, nieuwe herstellers.

 

Waarom zoveel energie steken in een Repair Café en niet in het voederen van visjes in de vijver van het Brelpark?

Laurence: Vroeger dacht ik daar niet over na. Ik smeet alles weg: meubels, matrassen, huishoudelijke toestellen,…. Ik was vaste klant bij het containerpark in Vorst. Op een dag zag ik een affiche hangen van het Repair Café. Toen begon ik na te denken. Ik ben me bewust geworden van mijn wegwerpgedrag. Sindsdien smijt ik niets meer weg. Een likje verf op een stoel geeft wonderen. Een electrisch apparaat probeer ik te repareren. Als ik iets koop is het tweedehands. Spulletjes die ik echt niet meer wil, schenk ik aan de Give Box, in de wijk. Ik ben bewuster gaan leven.

 

Christine: Als je kijkt naar wat er geproduceerd wordt. Een gigantische afvalberg. Dat is niet normaal en nefast voor onze planeet. Het Repair Café is natuurlijk maar een kleine druppel, maar het kan helpen om die afvalberg te verminderen. Het concept helpt ons ook nadenken over de manier hoe producten worden gemaakt. Na de grote crisis van 1929 begonnen beleidsmakers na te denken over hoe de mensen best zoveel mogelijk konden consumeren. Om een volgende crisis te vermijden moest er immers zoveel mogelijk gekocht worden. Er werd nagedacht over de kwaliteit van producten. Zaken die sneller stuk gingen werden interessanter. Iets dat stuk ging, moet immers opnieuw worden gekocht, niet? De levensduurte van consumptiegoederen ging drastisch naar beneden. Er zijn ook de verhalen van ingebouwde technologieën die electrische toestellen stuk maken. Het is te gek voor woorden.

 

Laurence: Jongeren zijn het slachtoffer van deze wegwerpmaatschappij. Ze zijn makkelijke doelwitten voor bedrijven. Ze worden langs alle kanten bestookt met agressieve reclame, met de bedoeling te consumeren. Met onze initiatieven proberen we mensen bewust te maken.We moeten gaan consuminderen. In die zin zijn het Repair Cafe, de Give Box, de LED-systemen, de gratis markten allemaal broertjes en zusjes van elkaar. Het is allemaal in de geest van de transitiebeweging.

 

Transitie wat?

Christine: De transitiebeweging stelt zich tot doel lokale gemeenschappen voor te bereiden op een toekomst met minder olie. Ook wilt ze oplossingen zoeken voor de klimaatsverandering. Geëngageerde burgers werken aan een samenleving die minder afhankelijk is van consumptie. Burgers nemen het heft in eigen handen om hun gemeenschap weerbaar te maken voor de onvermijdelijke gevolgen van energieschaarste en klimaatverandering.

 

Kunnen we door een mentaliteitswijziging dan de industrie en hun manier van produceren veranderen ?

Laurence: Repair Café is uiteraard een kleine stap. Maar het is wel iets dat, wij burgers, in onze handen hebben. Door deze activiteiten en de gesprekken die we erover voeren, kunnen we voor een mentaliteitsverandering zorgen. Er is geen keuze. Het is de enige mogelijkheid om voor onze kinderen en kleinkinderen een doenbare planeet achter te laten.

 

Christine: We moeten ons richten op lokale initiatieven. Hoe meer mensen in hun gemeente, of in hun wijk duurzame initiatieven ontwikkelen, hoe meer kans er is dat de politiek in actie zal schieten. . Door de opstapeling zulke kleine initiatieven kunnen we de dingen veranderen. Als burger hebben we meer macht dan we denken. Ik heb de keuze om al dan niet het vliegtuig te nemen of om duurzaam te eten. Ook moeten we denken aan de opvoeding van onze kinderen. Onlangs heb ik mijn zoon een film laten zien over hoe kinderen in Cambodja kleren maken. Hij was er niet goed van. Hij gaat misschien nog wel kleren kopen in de H&M maar waarschijnlijk met een klein schuldgevoel (lacht).

Laurence: Op anderhalf jaar tijd hebben we met Repair Café België 7000 electrische apparaten gerepareerd of recycleerd. Deze zijn niet in het afvalcircuit terecht gekomen. Dat is een hele verdienste. Repair Cafés zijn er overal. Het zijn lokale activiteiten, maar met een internationale uitstraling. Dit geeft kracht.

 

Mooi. En Vorst? Hoe gaat het verder?

Laurence: Er is een goede samenwerking, een leuke sfeer. We moeten verder werken in de wijk.

 

Christine: Het zou leuk zijn om andere dingen te doen tijdens het Repair Café: een concertje, een lezing of een workshop. Als wijkbewoners een idee hebben om een atelier te doen tijdens het wachten: iedereen is welkom. Dus hoe meer vrijwilligers, hoe beter!

 

Dank jullie voor het gesprek.

 

http://www.repaircafe.be

http://www.transitie.be

 

Gaetan Carlier